Afgelopen week werd op een Duitse tv-zender aandacht besteed aan een Repair Café. Deze zelfhulp ontmoetingsplekken waar mensen elkaar helpen spulletjes te repareren in plaats van weg te gooien of ze weg te brengen naar een professioneel (lees: duur) herstelbedrijf. De Repair Café’s zijn enorm populair in Duitsland en er komen er steeds meer bij. Men vermeldde er nog even bij dat het idee oorspronkelijk afkomstig is uit Nederland. Ons Nederlanders zijn ‘zunig’. Je zou kunnen zeggen dat het idee van dingen repareren juist nu in deze tijd van economische crisis populair is geworden, maar het hoort natuurlijk bij het hele idee van duurzaamheid en het tegengaan van de milieuvervuilende wegwerpcultuur. Daarnaast is repareren gewoon leuk om te doen. Zo heb ik een keer mijn cd-speler gerepareerd met het veertje van een balpen en bleek ik ook een kapotte wasmachine weer redelijk makkelijk aan de praat te kunnen krijgen. In het duitse tv-programma zat een oude man aan een tafel met een nog oudere radio. Die had het zijn hele leven lang goed gedaan, alleen ging het zoeken van zenders sinds een tijdje gepaard met geruis en gekraak. Even openschroeven, wat stof wegblazen, een beetje smeer hier en daar, wat opgehoopt vuil wegpoetsen, de kast weer dichtschroeven en de radio klonk weer als nieuw. De man was er superblij mee, fabrikanten van digitale dolby-surround receivers waarschijnlijk wat minder. Maar so what, goed is vaak goed genoeg.
Vandaag is het voorlopig laatste Repair Café in Tilburg. Het Huis van de Wereld dat onderdak gaf aan deze club gaat sluiten, en de organisatie zoekt nog een nieuw onderkomen.